TAN Afdeling Noord
In het museum in Arras stond de bruine 11BL Légère Sport uit 1936,van ons Noord lid Susan Hendriks. De auto is van Belgische herkomst.
Hierna volgt een verslag van de aankoop en restauratie van deze auto. Susan’s echtgenoot Martin , die in 1994 is overleden, heeft een prachtig fotoverslag van de restauratie nagelaten, aan de hand waarvan dit artikel is opgesteld door Hans van Beek, met medewerking van Marcel Ningen.
Martin was al sinds zijn schooltijd geïnteresseerd in oldtimers en in het bijzonder in de Traction Avant.
In 1982, tijdens een vakantie in Frankrijk, werd een Traction opgespoord, die voor aanschaf in aanmerking zou kunnen komen. Het betrof een commerciale uit 1956, maar Martin vond de prijs te hoog en hij zag er ook tegen op om de auto na de vakantie te moeten gaan ophalen, dus zag hij er van af.
Na de vakantie is hij lid geworden van TAN en via TAN in contact gekomen met José Franssen in Balkbrug, die wel een Traction te koop wist. Het betrof 11 Légère Sport van voor de oorlog, die moest worden gerestaureerd. Hij stond in Oude Pekela.
Na een bezichtiging zonder expert is Martin nog eens terug gegaan met Erik Eikelboom, waarna hij heeft besloten de auto te kopen. Zo kon hij in november 1982 zijn Traction op een gehuurde auto ambulance van Oude Pekela naar Rotterdam vervoeren, waar de familie destijds woonde.
En toen begon de demontage; motorkap, kofferdeksel, portieren, spatborden. De portieren en de spatborden waren in een zeer acceptabele staat.
Maar de binnenbekleding bijvoorbeeld zag er zeer slecht uit.
De motor moest er ook uit; een zware klus.
Na wat voorbereidend schuur- en plamuurwerk te hebben gedaan is de auto in augustus 1983 naar een spuiterij in Oud Beijerland gegaan, om te worden gespoten en getectyleerd.
Inmiddels was voor de familie Hendriks een verhuizing naar Groningen op handen. De auto is na het spuiten eerst nog naar Rotterdam gekomen. Het was wel jammer dat de spuiter de kleur niet helemaal goed had aangemaakt. De auto had namelijk bordeaux rood moeten worden maar de spuiter had iets te veel bruin bij gemengd, waardoor de auto bruin was en dat is zo gebleven. I
In februari 1984 ging de bruine Traction, nog geheel in gedemonteerde staat, op transport naar Hoogezand.
De restauratie stond na de verhuizing een jaar lang stil en pas na de verhuizing van de familie Hendriks van Hoogezand naar Haren is in augustus 1984 de draad weer opgepakt. Letterlijk, want Susan heeft alle bekleding, panelen, stoelbekleding en hemel, zelf vervaardigd.
Voordat met de opbouw kon worden begonnen moest eerst de voortrein nog worden gereviseerd en er was ook nog wat laswerk nodig aan de bodem. Ook de achterwielophanging is gedemonteerd, gelakt en weer gemonteerd.
Maar daarna begon stapje voor stapje de opbouw. Daarvoor was Martin toch echter wel erg nieuwsgierig of hij “het wel deed”. Met alleen een chauffeursstoel, zonder deuren, spatborden, motorkap en kofferdeksel werd een stukje gereden en die proef slaagde, dus dat gaf de burger weer moed.
Daarna ging het stap voor stap vooruit. Ook het monteren van de binnenpanelen, de hemel en de deurpanelen was een hele opgave.
In de loop van 1988 was de auto klaar en kon met geleende kentekenplaten een clandestien ritje worden gemaakt.
Om een officieel eigen kenteken te krijgen was een keuring nodig van de Rijksdienst voor het Wegverkeer. Deze leverde geen problemen op en zo kon er later in 1988 legaal met de DE-19-07 worden gereden.
Helaas heeft Martin er niet lang van mogen genieten. Hij is namelijk in 1994 overleden. De auto is daarna jarenlang niet gebruikt.
Op aandringen van Frans de Wit, Marcel Ningen en Frank van Nieuwkerk en met hun hulp is de auto weer rijklaar gemaakt en is Susan opnieuw lid van TAN geworden.
Zo kon zij op het jaarfeest in Sneek met de Traction aanwezig zijn en kon de auto een plaatsje in het museum in Arras krijgen.